Over het internationaal ruimtestation

Het ISS wordt gezien als een tussenstap voor de bouw van een latere permanente basis op de maan?
Daar wordt veel over gesproken. Het ISS is zeker een tussenstap voor de verdere verkenning van de ruimte. Ik denk dat iedereen die in de ruimtevaartwereld werkt ervan overtuigd is dat het ISS zeker geen eindpunt is. Er wordt veel gedacht op verschillende manieren en over verschillende projecten: een maanbasis, een vlucht naar Mars… Het ruimtestation is zeker geen doel op zich.

Wat is de inbreng van België bij het ISS?
België levert via ESA een vrij grote bijdrage, vooral op het gebied van de ontwikkeling van nieuwe technologieën. Neem bijvoorbeeld de ontwikkeling van de reddingssloep Crew Return Vehicle (CRV) voor ruimtevaarders aan boord van het ISS. België draagt veel bij aan het CRV-programma X-38. Verder is er de wetenschap. België betaalt als klein land maar liefst 10 procent van de wetenschappelijke uitrusting voor het Europese labo Columbus, dat in 2004 aan het ISS wordt vastgekoppeld. De Belgische bijdrage is dus aanzienlijk.

Ervaar je iets van een rivaliteit tussen de deelnemende landen?
Neen, rivaliteit niet. Maar wel natuurlijk verschillen op het vlak van de gebruikte technologie, de operaties en op het hoogste politieke niveau: wat moeten nu de doelstellingen zijn? Een van de grote uitdagingen en ook voordelen van het ruimtestation is dat we die verschillen kunnen overstijgen. We maken er geen rivaliteit van, maar zien ze als een uitdaging om de problemen op te lossen. Tot nu toe is dat aardig gelukt.