Aardbevingen

Aardbeving in de stad Bam, Iran, in 2003

Access the image

Van alle natuurrampen zijn aardbevingen het dodelijkst. De meeste mensen komen om wegens instortende gebouwen of brand.

Elk jaar zijn er over de hele wereld miljoenen aardbevingen. Maar van de meeste merken we niets, omdat ze ver weg gebeuren of heel zwak zijn. Gemiddeld zijn er achttien grote en één hele grote aardbeving per jaar.

De laatste grote aardbeving vond plaats op het eiland Haïti in het Caraïbisch gebied. De overheid van Haïti heeft bekendgemaakt dat 230.000 mensen zijn overleden, er 300.000 gewonden waren en een miljoen mensen dakloos zijn geworden.

Ze komen het meest voor langs grote scheuren in de aardkorst. Die scheuren noemen we breuklijnen. In Zuid-Europa heb je vaak aardbevingen, want daar drukken twee grote aardplaten tegen elkaar aan.
Met de radarinstrumenten aan boord van ESA’s satellieten ERS-2 en Envisat kunnen we zien of het oppervlak in beweging is. Ze meten de verplaatsing tot op een paar millimeter nauwkeurig.

Access the image

De radargegevens zijn ook nuttig voor het in kaart brengen en opnemen van de schade aan gebouwen, zowel overdag als 's nachts. Die informatie is heel belangrijk tijdens het reddings- en herstelwerk.

Er is nog altijd geen manier om aardbevingen nauwkeurig te voorspellen. De satellieten van ESA leveren wel exacte informatie op waarmee wetenschappers hun werk beter kunnen doen. Als we jaren achtereen gegevens verzamelen kunnen we aardbevingen beter voorspellen en nog onbekende breuklijnen op het spoor komen.

Laatst aangepast 19 januari 2011

Natuurrampen