Oefening 5 - Thorung La-gebied - Vervolg
Page 12
|  | Thorong La op 5416 meter | |
Het onderscheiden van sneeuw/ijs en wolken of bleke rotsen in een afbeelding met bijna ware kleuren is soms niet eenvoudig. Sneeuw en wolken kunnen in de zichtbare banden dezelfde of een vergelijkbare reflectiecoëfficiënt hebben, zodat ze er wit uitzien.
Maar zoals je in de vorige oefening al hebt opgemerkt produceren sneeuw en ijs bijna geen reflectie van stralingslicht in het midden-infrarood (band 5), terwijl wolken hier ook sterk reflecteren. Een combinatie van valse kleuren die gebruik maakt van minstens één midden-infraroodband zou daarom een goede manier moeten zijn om te beoordelen welk gebied met sneeuw en ijs is bedekt. Dit gaan we nu bekijken.
Om de afbeelding met valse kleuren te maken gebruiken we Afbeelding>Combineren uit>[Rood Groen Blauw] en selecteren we banden 4, 5 en 2.
Kijk eens naar de afbeelding met valse kleuren.
Welke kleur geeft de gebieden aan die door ijs/sneeuw zijn bedekt?
Hoe zit het met wateroppervlakken? Vergelijk dit met de 3-2-1-combinatie die je eerder hebt geopend.
Om het uiterlijk van de afbeelding te optimaliseren moeten we de kleuren verbeteren. Kies Verbeteren>Interactief uitrekken en sleep de kleurenbalken in het histogram richting het midden tot de afbeelding er over het algemeen goed uitziet.
Als je tevreden bent met het resultaat sla je het op in je map ‘Annapurna’ als anapurna_2000_452.tif.
IJs en sneeuw zijn duidelijk te herkennen aan hun kleur, die tussen magenta en violet ligt. Kale rotsen zien er groen uit en vegetatie heeft een roodgroene tint.
Welk percentage van de afbeelding is met sneeuw of ijs bedekt?
Waar in de afbeelding kunnen we vegetatie vinden?
Is er een verschil tussen hellingen aan de noordkant en de zuidkant?
Morenen bestaan uit rotsen en grint, dat vanaf de bergen kilometers lang door de gletsjers is getransporteerd. Dat is ook wat er achterblijft als de gletsjers zich terugtrekken. De zijmorene geeft aan hoe ver zijwaarts de gletsjer zich maximaal heeft uitgestrekt, de eindmorene is de maximale lengte van de gletsjer. Het gebied dat eerst door de gletsjer was bedekt is gevuld met grondmorene. Als de vallei vanaf de zijkant wordt verlicht kan de morene eenvoudig worden geïdentificeerd door de schaduwen in zijn structuur.
Waar in de afbeelding kunnen we zijmorene vinden?
Waar in de afbeelding kunnen we grondmorene vinden?
Beschrijf de vorm (dwarsdoorsnede) van een typische valei die eerder door een gletsjer is opgevuld.
Nu concentreren we ons op een gletsjer die zichtbaar is ten noorden van het middelpunt van de afbeelding. Deze gletsjer stroomt van het bergmassief naar het west/noordwesten.
Hoe lang is de gletsjer?
Hoe lang is de grondmorene onder de gletsjer?
Hoe lang is de zijmorene onder de gletsjer?
Nu we weten hoe morene eruitziet kunnen we een geomorfologische kaart van het gebied tekenen. Deze oefening kun je voorbereiden door het uitprinten van de afbeelding anapurna_2000_452.tif die je eerder hebt opgeslagen.
Nu leg je overtrekpapier over het uitgeprinte satellietbeeld. Op dit papier teken je de volgende kenmerken:
- de rivieren worden blauw,
- de bergruggen worden zwart,
- de zijmorene wordt bruin en
- de eindmorene wordt magenta
Tot slot omlijn je de gletsjers, kleur je ze lichtblauw en geef je de stroomrichting van de gletsjers in het blauw aan.
Kijk naar de kaart die je op deze manier hebt gemaakt. Welke weg neemt water dat als sneeuw bovenop de bergen valt?
Hoe is de zijmorene over de afbeelding verdeeld?
Welk percentage van het afgebeelde gebied is door gletsjers gevormd?
Page12
| 
