Hot fire: Ariane 6 klaar voor actie

Voor deze oefening werden de startmotoren niet ontstoken, zodat de Ariane 6 stevig op het lanceerplatform in Europa's Spaceport in Frans-Guyana bleef staan, zoals gepland.

De motorproef bootst na hoe de kerntrap van de Ariane 6 tijdens een normale vlucht in de ruimte ontsteekt. Na voltooiing schakelt de hoofdmotor uit en scheidt de kerntrap zich van de bovenste trap, die dan de voortstuwing overneemt en de missie voltooit.

De test, die werd uitgevoerd met een testmodel op het lanceerplatform van Europa's lanceerbasis in Frans-Guyana, was de langste 'full-stack' test tot nu toe voor de onderste vloeibare voortstuwingsmodule van de Ariane 6 met een Vulcain 2.1 motor.

"De teams van ArianeGroup, CNES en ESA hebben nu elke stap van de vlucht van de raket doorlopen zonder dat deze de aarde heeft verlaten," zegt directeur-generaal Josef Aschbacher van ESA.

"Deze mijlpaaloefening komt na jaren van ontwerpen, plannen, voorbereiden, bouwen en hard werken door enkele van de beste ruimtevaartingenieurs in Europa. We zijn weer op weg om de autonome toegang van Europa tot de ruimte veilig te stellen. Bravo voor alle betrokkenen!"

De Vulcain 2.1 motor verbrandde bijna 150 ton stuwstof in de tanks van de Ariane 6-kerntrap, bestaande uit vloeibare zuurstof en vloeibare waterstof, gekoeld tot temperaturen onder -250°C. De Vulcain 2.1 is een evolutie van de Vulcain 2-motor die de Ariane 5 tot Europa's meest succesvolle lanceersysteem tot nu toe maakte. De upgrade heeft een vereenvoudigd en goedkoper ontwerp en nieuwe technologie in de straalpijp van de motor. Bovendien is het ontstekingssysteem verplaatst van de motor naar de structuur van het lanceerplatform om de trapprestatie te verbeteren en de kosten te verlagen.

Het duurde iets langer dan twee uur en vereiste meerdere teams en precaire operaties om de centrale kern van de raket met brandstof te vullen. De vuloperaties werden uitgevoerd tijdens een lange aftelling die ook andere kwalificatietests omvatte, vergelijkbaar met de vorige oefeningen dit jaar. Om de precieze omstandigheden na te bootsen en de stabiliteit van de draagraket te garanderen, werden de tanks van de bovenste trap ook van brandstof voorzien. De motor van de bovenste trap ontsteekt echter pas in een baan om de aarde, na de scheiding van de hoofdtrap, en werd dus niet afgevuurd tijdens deze grondtest.

Het lanceerplatform, beheerd door het Franse ruimtevaartagentschap CNES, gebruikte het eigen waterkoelsysteem om de hitte van de motor te temperen.

ESA's directeur van Ruimtetransport, Toni Tolker-Nielsen, sprak zijn vertrouwen uit in de teams die over heel Europa verspreid werken aan Ariane 6: "Enorme dank aan al onze toegewijde collega's die zich onvermoeibaar inzetten om deze raket te laten vliegen."

De test volgde op een kortere ontsteking in september (bekend als CTLO1), toen de tanks van de Ariane 6 werden gevuld en de Vulcain 2.1 motor kort werd ontstoken en uitgeschakeld, en op de vul- en aftaptest die in oktober werd uitgevoerd (bekend als CTLO2.1) om de functies van het lanceersysteem te controleren, zoals het aftappen van brandstof in de aanwezigheid van meerdere gesimuleerde storingen.

Een laatste 'hot-fire' test van de bovenste trap wordt op dit moment voorbereid en staat gepland voor december 2023, in het testcentrum in Lampoldshausen van het Duitse lucht- en ruimtevaartagentschap DLR.